donderdag, september 07, 2006

Noord Koerdistan

Noord-Koerdistan:Noord-Koerdistan bestaat voornamelijk uit bergruggen en plateaus in Oost-Anatolie, doorsneden door een aantal grotere en kleinere rivierdalen. Alleen in de zuidwest hoek leeft een aantal Koerden in laagvlakten tussen Dilok (Gaziantep) en de Middellandse Zee en tussen Riha (Sanliurfa) en de Syrische grens. De vlakten zijn heet; in de berggebieden heerst een extreem landklimaat met hete, droge zomers en koude winters. Het gebied is overwegend agrarisch en had in 1970 een plattelandsbevolking van 72,2%. Het aantal semi-nomaden loopt snel terug en bedraagt op het ogenblik nog maar enkele tienduizenden. Het gebied is in vergelijking met de rest van Turkije relatief dunbevolkt. Met in 1970 33 personen per vierkante kilometer tegen 43,9 personen per vierkante kilometer voor heel Turkije. Dit lage cijfer is vooral een gevolg van de zeer lage bevolkingsdichtheid in het oostelijk en zuidoostelijke berggebied, soms maar 9 personen per vierkante kilometer. De westelijke rand van het Koerdische gebied is ongeveer even dichtbevolkt als de rest van Turkije.Tijdens de volkstelling van 1970, de laatste waarbij gegevens over etniciteit werden verzameld, telde het Koerdische meerderheidsgebied in Turkije 7.577.000 inwoners, waarvan circa 6.200.000 Koerdisch sprekend was. In 1982 kwam van Bruinessen (auteur van het boek Turkije in crisis) tot bijna 9 miljoen, op een totale bevolking van 42 miljoen inwoners, oftewel ongeveer 25 procent. De gemiddelde bevolkingsgroei bleek in 1970 in de Koerdische gebieden iets hoger te liggen (2,88% per jaar) dan in Turkije als geheel (2,65%).De circa 18% niet Koerden in de Koerdische gebieden bestaan voor het grootste deel uit Turkse ambtenaren, militairen en landbouwkolonisten. Langs de Syrische grens woont een kleine Arabische minderheid en hier en daar wonen nog enkele duizenden Armeniërs en Syrische Christenen. Volgens gegevens zijn er 709 geheel of in meerderheid Koerdische dorpen, die buiten het meerderheidsgebied liggen, de meeste in Oost en centraal Anatolië, enkele in West Anatolië. Een aantal gebieden waar veel Koerden wonen buiten de Koerdische gebieden zijn; Aksaray, Konya, Tokat, Ankara, Corum, Nevsehir, Nigde, Yozgat en Kirsehir. De meeste gebieden liggen in centraal Anatolië. Voor een deel wonen hier Koerden, die van oudsher al buiten het Koerdische meerderheidsgebieden woonden, en voor een deel mensen die in het kader van het deportatiebeleid in de jaren twintig en dertig van deze eeuw in niet Koerdische gebieden in Turkije werden gevestigd. In deze cijfers is nog geen rekening gehouden met de vele tienduizenden Koerden die sinds het begin van de jaren zestig als arbeidsmigranten naar de Turkse steden trokken en van daar ten dele naar West-Europa, en in mindere mate naar het Midden-Oosten.In sociaal, infrastructureel en economisch opzicht is het Koerdische gebied achtergebleven bij de rest van Turkije. Het analfabetisme ligt er circa 70% hoger dan in de rest van Turkije.Het officiële onderwijs werd uiteraard van het begin af aan uitsluitend in het Turks gegeven. In sommige Koerdische dorpen bestaan echter Koranscholen waarin het geheim ook enig onderwijs in de Koerdische literatuur wordt gegeven. Slechts 1 van de 18 universiteiten en 5 van de 157 hogescholen van Turkije liggen in het Koerdische gebied. Ongeveer een derde van de landbouwgrond is in handen van een kleine groep grootgrondbezitters (Aga’s), die circa 2,4% van de plattelandsbevolking uitmaken. Van de plattelandsbevolking bezit 38% in het geheel geen land en 45,4 procent minder dan 5 hectare. De Aga’s zijn over het algemeen Koerden, maar ze investeren hun inkomsten voor het overgrote deel buiten Koerdistan, waar de economische mogelijkheden gunstiger zijn. De landbouw is in het algemeen technisch weinig ontwikkeld en in toenemende mate op de Turkse markt gericht. De industrie is weinig ontwikkeld, maar overheidsbedrijven ontplooien er economische belangrijke mijnbouwactiviteiten waarmee fosfaat, bruinkool, ijzer, koper, chroom en bescheiden hoeveelheden aardolie gewonnen worden. De winsten hieruit worden voor het overgrote deel buiten Koerdistan geïnvesteerd.